SUNSHINE CLEANERS - SAD SONGS FOR US TO BEAR

 

Sjef Hermans kennen we nog van bij Champagne Charlie, de Zeeuwse (vooroorlogse) roots- en bluesformatie, tevens jug band, die we vooral kennen van hun boeiende trilogie met betrekking tot Franklin Delano Roosevelt, de Amerikaanse president die voorouders had in en om Middelburg, Zeeland. Ook mondharmonicaspeler Gait Klein Kromhof maakte deel uit van Champagne Charlie. Hermans (gitaar en zang) richtte hierna met zangeres Jacqueline Heijmans en Geert De Heer (dobro, mandoline) Sunshine Cleaners op.

Die trokken meteen de aandacht met ‘Silent voices, songs inspired by Bonhoeffer’s prison poems’. Dietrich Bonhoeffer was een Duits Luthers predikant, theoloog en auteur van werken met christelijke inslag, conservatief maar uitgesproken humanist. Hij keerde zich tegen het nazisme en werd in 1943 aangehouden. Op 9 april 1945, drie weken voor de bevrijding, werd hij geëxecuteerd. Zijn werken en zijn wrede lot haalden hem uit de anonimiteit, maakten hem tot een ‘held’ in bepaalde kringen. Sjef Hermans schreef tien fraaie Engelstalige songs, gebaseerd op de inspirerende geschriften van Bonhoeffer, wat alleszins ver verwijderd is van de alledaagse thematiek die je in de ‘lichte’ muziek doorgaans voorgeschoteld krijgt! Onder de muzikanten vind je, naast Gait, ook violist Wissem Ziadi.

We besteden hier aandacht aan ‘Silent Voices’ om de simpele reden dat de nieuwe ‘Sad Songs For Us To Bear’ aansluit op dat werk, via watje het centrale thema zou kunnen noemen, dan wel breder uitgewerkt, namelijk liedjes over gewone mensen die in uitzonderlijke situaties tot grootste daden geïnspireerd worden, boven zichzelf uitstijgen. De cd sluit trouwens af met een nieuw lied voor Dietrich Bonhoeffer geschreven, ‘Shut Down The Doors of Woe’. Die song eindigt met de treffende herhaalde woorden: ‘Oh let me hear those freedom chimes’, de essentie van Bonhoeffers boodschap. We kennen intussen de kwaliteiten van het trio, prima muzikanten, met in steun de echt wel weer eens sublieme Gait Klein Kromhof in vijf nummers en Wissem Ziadi in drie, allebei indringend present, en de zelfverzekerde, heldere stem van Jacqueline Heijmans mooi vooraan. Af en toe zingt ook Hermans, wat in duetvorm extra effect sorteert (zoals in de titelsong)

Sjef Hermans schreef opnieuw al de liederen, op twee na. Het ene is ‘I Had A Real Good Mother And Father’, aangegeven als een traditional, al is het eigenlijk een gospelsong van streetcorner preacher Washington Phillips (1880-1954), die zijn dankbaarheid wilde uitdrukken voor de opvoeding die hij ontving, wat nauwer aansluit bij het thema dan men denkt. Het andere is ‘Our Little Town’, een bijzonder vertederende parel van Blaze Foley, artiestennaam van Michael David Fuller (1949-1989), die de laatste jaren steeds nadrukkelijker zijn verdiende plek inneemt in het walhalla der singer-songwriters, in het zog van zijn goeie vriend Townes Van Zandt, die hetzelfde overkwam. Foley’s ‘If I Could Only Fly’ werd door Merle Haggard de eeuwigheid ingezongen, terwijl John Prine dat eveneens deed met ‘Clay Pigeons’. Blaze Foley, bijgenaamd de ‘duct tape cowboy’, kende onvoorstelbaar veel pech in zijn artistieke bestaan. Alsof hij behekst was. De man past daarom prima in het thema. Maar de song van Hermans concentreert zich op de… moord op Foley, gepleegd door de zoon van een vriend. Het had niet zo gehoeven. ‘Sad Songs For Us To Bear’ is meteen ook de terechte titelsong.

Little Girl’ neemt het op voor Greta Thunberg, die de wereld keihard wakker schudde voor de klimaatproblemen (‘How dare you???’) en daarbij consequent bleef, in het gebruik van transportmiddelen bij voorbeeld. Hermans blijft haar steunen:‘So go girl, tell it like it is/ The inconvenient Truth’. Overbodig te stellen dat Thunberg een uitstekende illustratie is van het thema! Veel songs hebben te maken met de jodenvervolging en meer bepaald met Auschwitz. Een hoogtepunt van deze cd is ongetwijfeld ‘Violins Of Hope’. Amnon Weinstein uit Israël is instrumentenbouwer, net als zijn zoon Avshalon. De man kwam in de jaren tachtig voor het eerst in contact met een viool uit de Holocaust kwam. Vanaf 1996 begon hij systematisch snaarinstrumenten te verzamelen die gebruikt werden in de orkesten die de joden ‘verwelkomden’ in de kampen. Vaak was dit de laatste muziek die deze mensen te horen kregen: de gaskamers wachtten. Voor de muzikanten was dat een kans om aan de dood te ontsnappen, want de kampcommandanten hielden van de muziek.

Tot Weinstein bekommerde niemand zich om die instrumenten, die vaak in zeer slechte staat waren. Hij restaureerde die instrumenten uitermate zorgzaam, zodat hij een collectie van zestig violen aanlegde. Maar hij ging verder en zorgde ervoor dat die violen bespeeld werden, en dat door uitstekende musici. Dat was voor het eerst in 2008 in Jeruzalem en Istanbul (waar zijn zoon werkt) Dat werden dan de Violins-of-Hope, die in 2012 voor het eerst in de States belandden. Intussen bestrijken die concerten vele landen op deze planeet. Zoals Weinstein het zegt: ‘Elke keer zo’n viool bespeeld wordt, is dat een overwinning’. Een overwinning op de waanzin en het vlammende onrecht. Sjef Hermans schreef een aandoenlijk ‘The Violins Of Hope’, een song die, zoals we vernamen, Amnon Weinstein diep raakte. Wissem Ziadi’s inbreng met klezmer accenten is trouwens aangrijpend. Puur kippenvel…

Het nummer komt na de opener, ‘41948’. Dat nummer staat getatoeëerd in de arm van Esther Bejarano, die in 1943 in Auschwitz belandde. Ze overleefde door accordeon te spelen in het vrouwenorkest. Lange tijd wist ze zich geen raad met die erfenis maar vanaf de jaren tachtig begon Bejarano haar antifascistische liederen te zingen. Inmiddels is ze 95 maar ze houdt dit vol, samen met de… rapgroep waarin haar zoon Joram bas speelt. En of ze in dit kader thuishoort! Maar ook de geschiedenis van de Pool Witold Pilecki is merkwaardig. Die liet zich namelijk…. vrijwillig opsluiten in Auschwitz in 1941 om van daaruit verslag te doen over de wreedheden van de nazi’s. Zijn rapporten werden echter straal genegeerd en in 1943 ontvluchtte hij het kamp. Het Poolse naoorlogse regime liet hem echter opsluiten en ter dood veroordelen (zie het boek ‘Vrijwillig naar Auschwitz’ van Jack Fairweather) Het verhaal van Pilecki gaf aanleiding tot de song ‘You Were There’.

Het schrijnende ‘We Have Left The Camp Singing’ heeft het dan weer over de joodse Hetty Hillesum uit Middelburg, die in Auschwitz omkwam in 1943, 29 jaar oud. Ze is bekend door haar dagboek ‘Het Verstoorde Leven’ (pas in 1981 gepubliceerd, maar intussen vaak vertaald) en brieven. Op de fatale trein naar Auschwitz schreef ze een briefkaart aan haar vriendin, briefkaart die ze van de trein wierp. Het werd haar laatste levensteken. En dan is er nog ‘Charlotte’, over de joods-Duitse schilderes Charlotte Salomon, in oktober 1943 gedood in Auschwitz. Eens te meer giet Hermans het in een zwierige melodie. Dat de song een Portugese touch bezit, heeft te maken met de tentoonstelling van haar werk in Lissabon, die hier de directe inspiratie bood. Schitterende tekst van Hermans, die er (kleur)elementen van haar schilderkunst in verwerkt. Voor ons dan ook één der mooiste songs van het album.

Sweeter As The Years Roll By’ bespeelt een ander register. Dit is opgedragen aan gospel blueszanger en evangelist Blind Willie Johnson (1897-1945), de auteur van onder veel meer ‘It’s Nobody’s Fault But Mine’ en ‘The Soul Of A Man’. In 1927 nam hij ‘Dark Was The Night, Cold Was The Ground’ op, dat Ry Cooder nog gebruikte op de soundtrack van ‘Paris, Texas’, indertijd razend populaire prent van Wim Wenders. Die opname ging mee de ruimte in met Voyager II, samen met muziek van Bach, Mozart en Beethoven (en Chuck Berry), als bloemlezing van de muziek van de mensheid. Hermans zegt daarover tongue in cheek: ‘Johnson ‘spread the gospel with his voice and guitar’, maar hij kon niet vermoeden dat zijn afzetgebied zo groot zou worden’.

Andere songs zijn algemener van aard: ‘The End Of Time’ vindt zijn insteek in de jarenlange opsluiting van een familie in Drenthe, ‘Breaking The Silence’ handelt over pesten en de mogelijke reactie erop in tijden van sociale media, ‘One Way Ticket To The Blues’ draait om een relatiebreuk en de twijfels die eruit voortkomen, een erg geslaagde song. Tot slot vermelden we nog ‘Mountain Man’ over Zwitser Beat Ruppen, die bij de door UNESCO beschermde de Aletschgletsjer een museum en onderzoekscentrum oprichtte, maar intussen overleed. Een man die indruk maakte: ‘Mountain Man I hear your laughter in each ripping stream / The passion in your voice while talking ‘bout your mountain dream’ Eens te meer begeleidt een goddelijke melodie de tekst.

Dat laatste zegt veel over ‘Sad Songs For Us To Bear’: het is geen kleine prestatie om deze atypische en bepaald zwaarwichtige onderwerpen te verpakken in lichtvoetige, catchy, soms welhaast zorgeloos klinkende songs. Daar zijn de Sunshine Cleaners wonderwel in geslaagd. Natuurlijk vermijdt Hermans zwaar op de hand liggende verhalen op te hangen, hij houdt het op de essentie. Hij spreekt vaak de bezongen persoon aan en zoals dat hoort, emoties primeren. Dat maakt het getuigenis telkens weer zo sterk. En als je niet op de teksten let, nou, dan hou je heerlijke songs over. Die droevige liedjes zijn echt wel te verduren!

Antoine Légat.

 

 

 

Artiest info
Website  
 

video